Met zijn werkprogramma 2010 heeft het Platform DSE zich gericht op de uitwerking en implementatie van een structurele heroriëntatie van de economie in de richting van een Fair & Green Deal. Daartoe werkte het Platform aan de verdere opbouw van een brede alliantie van maatschappelijke organisaties en bedrijven die zich hiervoor inzetten en druk uitoefenen op de overheid om deze omvorming te laten plaatsvinden.
Behaalde doelen
Hoofddoel van het Platform DSE was en is de uitwerking en implementatie van een structurele heroriëntatie van de economie in de richting van een Fair & Green Deal (met als speerpunten: groen en fair bestedings-/investeringsprogramma; feed in tarief voor duurzame energie; Financial Transaction Tax; stelsels van sociale zekerheid, wereldwijd; belastingverschuiving van arbeid naar milieu, grondstoffen en grond; stelsel van duurzaamheidsindicatoren; vredeseconomie; draagvlakverbreding), gericht op een meer solidaire en ecologisch duurzame inrichting van de economie in Nederland en België (en in het algemeen het Noorden) en mondiale rechtvaardigheid en bestaanszekerheid, herverdeling, bescherming tegen klimaatverandering en beperking van biodiversiteitsverlies. Daartoe werkt het Platform aan de verdere opbouw van een brede alliantie van maatschappelijke organisaties en bedrijven die zich hiervoor inzetten en druk uitoefenen op de overheid deze omvorming te laten plaatsvinden.
Zoals uit het onderstaande zal blijken is in 2010 deze doelstelling een flinke stap dichterbij gekomen. Er is een Alliantie Fair & Green Deal geformeerd. Alle voorgenomen activiteiten zijn uitgevoerd, in samenwerking met organisaties in deze Alliantie en afgestemd op hun voorkeuren en specialisaties. In de Alliantie is een tiental werkgroepen gestart voor de uitwerking en implementatie van de genoemde speerpunten. Het merendeel van deze werkgroepen is actief en heeft inmiddels een werkprogramma/stappenplan ontwikkeld en ter hand genomen. Elk van deze werkgroepen is weer het startpunt geweest voor verbreding van de samenwerking naar nieuwe organisaties, zoals de FNV, IVN, ZLTO e.d. Zo breidt de Alliantie zich de facto uit, overigens zonder dat al de nieuwe organisaties zich formeel bij de Alliantie aansluiten.
Uiteraard is de bedoelde transitie nog niet gerealiseerd – dat is een zaak van jaren – maar inmiddels is er wel een redelijk zicht op welke weg daarvoor afgelopen zou moeten worden en welke stappen gezet moeten worden (in de vorm van een flexibel Routeplan).
Op een aantal punten zijn inmiddels concrete resultaten te melden:
- Mede door het Platform DSE en de Alliantie is binnen VBDO een programma gestart om binnen 5 jaar het percentage particulieren dat duurzaam belegt te vergroten van 4,5% naar 10%
- Op initiatief van het Platform en de Alliantie wordt in een coalitie met Milieudefensie, ZLTO, NIVON, Transition Towns Nederland e.d. een programma ontwikkeld om in 2020 20% van de voedselvoorziening in Nederland uit regionale bron (binnen Nederland) te halen
- In een internationale coalitie waaraan het Platform DSE deelneemt is inmiddels brede Europese steun ontwikkeld voor invoering van een Financial Transaction Tax. De Nederlandse regering blijft op dit punt echter nog achter, wat mede is te wijten aan de uitslag van de verkiezingen. Met o.a. een brief aan het kabinet wordt gepoogd daarin nog verandering te brengen. Voor de verkiezingen heeft het Platform dit thema nog bij de partijen (PvdA, CDA, VVD, GL, SP, CU, D66) aangekaart in een verkiezingsdebat en de aanloop daarnaartoe
- Het Platform heeft aan GroenLinks en de PvdA een voorstel gedaan voor brede linkse samenwerking met het oog op een duurzame en solidaire economie. De toegezegde reacties hierop hebben we nog niet ontvangen. Het samenwerkingsvoorstel staat in principe ook open voor andere partijen.
- Via (de voorbereiding op) een expert meeting is een flinke aanzet gegeven tot een werkgroep of netwerk ‘Juristen voor Duurzame ontwikkeling’ die de juridische mogelijkheden wil benutten om een transitie naar een duurzame en solidaire economie te bespoedigen.
- In (de voorbereiding op) een expert meeting is een flinke stap gezet om een aantal alternatieve ‘welvaarts’indicatoren – Mondiale Voetafdruk, Duurzaam Nationaal Inkomen en Index for Sustainable Economic Welfare – meer op elkaar af te stemmen en de uiteenlopende functies ervan goed voor ogen te hebben. Door deelname van vertegenwoordigers van het CPB en het PBL (betrokken bij de Monitor Duurzaam Nederland) zijn er nieuwe aanknopingspunten ontstaan om deze indicatoren in het Nederlandse beleid een rol te laten spelen.
Toch moeten we ook constateren dat de Alliantie nog een tamelijk losse vorm van samenwerking is. Het gevoel dat alle activiteiten van de deelnemende organisaties in de diverse werkgroepen bijdragen aan dezelfde transitie is nog niet sterk ontwikkeld. De overeenstemming over doel en strategie is nog tamelijk algemeen. De bereidheid om te investeren in een verduidelijking van een gezamenlijk doel en bijpassende strategie en in de coördinatie die daarvoor nodig is, is nog niet duidelijk zichtbaar. Verder is de participatie van bedrijven in de Alliantie, of eventueel de samenwerking vanuit de Alliantie met bedrijven, nog niet sterk ontwikkeld.
Wat zich wreekt is dat de capaciteit voor al dit werk nog tamelijk gering is. Veel drijft op vrijwilligerswerk, dat weliswaar waardevol is maar moeilijker is aan te sturen, of op inzet van professionals die daarvoor van hun eigen organisatie slechts beperkte ruimte krijgen. De financiële middelen om activiteiten op te zetten zijn gering en onzeker, wat tot vertraging leidt en de impact van de activiteiten verkleint. Financiers zijn aarzelend om dit type programma te ondersteunen, omdat het hier gaat om een lange termijn transitie waarvan korte termijn resultaten vaak moeilijk zijn aan te geven.
Dit zijn allemaal punten waaraan in 2011 extra aandacht gegeven zal worden.
Gerealiseerde activiteiten, resultaten
Voor het prioriteitenprogramma van de Fair & Green Dealzijn zoals beoogd specifieke taskforces opgezet waarvoor bij de Alliantie Fair & Green Deal aangesloten organisaties gevraagd zijn de lead te nemen. Gerealiseerde taakgroepenbetreffen:
- groen en fair bestedings-/investeringsprogramma: onder leiding van de Vereniging Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling is hiervoor een activiteitenplan opgesteld en in uitvoering genomen
- invoering van een Financial Transaction Tax dan wel een relevante variant daarvan: onderleiding van Oxfam Novib en Both Ends en met steun van de FNV is een krachtige lobby opgezet om de Nederlandse regering achter een internationaal voorstel voor een FTT te krijgen. Dit voorstel heeft inmiddels internationaal brede steun, maar nog niet in Nederland.
- verdere uitwerking van een stelsel van duurzaamheidsindicatoren: samengevoegd met 6.
- operationalisering van human security als weg naar een vredeseconomie: in samenwerking met Economen voor Vrede en People Building Peace hebben hierover enkele bijeenkomsten plaatsgevonden
- betrekken van burgers bij de mondiale problematiek van een Fair & green Deal; toegespitst op regionalisering van de voedselvoorziening: onder leiding van Milieudefensie is een aanzet gegeven tot een werkplan om burgers en lokale organisaties een actieve rol in de benodigde economische transitie te geven door een focus op regionalisering van de voedselvoorziening. Hiervoor is contact gelegd met o.a. Transition Towns, ZLTO, Platform ABC, Willem&Drees, IVN, NIVON, Gmeente Almere, Christelijke Agrarische Hogeschool Dronten
- het bevolkingsvraagstuk in een mondiale Fair & Green Deal: in deze werkgroep is bekeken wat de verschillende alternatieve welvaartsindicatoren (DNI, Mondiale Voetafdruk e.d.) betekenen voor de eventuele noodzaak van krimp van de bevolking, mondiaal en in Nederland.
- communicatie van een Fair & green Deal: in deze werkgroep is een aanzet gegeven tot een effectieve communicatiestrategie voor de Fair & Green Deal, o.a. door contact met mensen uit de marketingwereld.
Enkele geplande werkgroepen zijn uiteindelijk (nog) niet of in ander verband van de grond gekomen:
- invoering van een feed-in tarief voor duurzame energie, naar Duits voorbeeld: de aandacht voor feed-in is in Nederland doodgebloed, vanwege een zeer afhoudende opstelling van de Nederlandse overheid. Wel is er een succesvol initiatief ‘Nederland krijgt nieuwe energie’, dat een degelijk rapport heeft opgesteld en een burgerinitiatief bij de Tweede Kamer heeft aangemeld. Uiteindelijk heeft de Tweede Kamer op discutabele gronden besloten dit initiatiefvoorstel niet over te nemen. De werkgroep beraad zich nog op vervolg. Het Platform DSE is hierbij indirect betrokken.
- invoering van stelsels van sociale zekerheid, wereldwijd: hiervoor kon geen trekkende organisatie gevonden worden. Wel is dit thema meegenomen in een verkiezingsdebat dat het Platform heeft georganiseerd (zie onder).
- uitwerking van voorstellen voor een (progressieve) belastingverschuiving van arbeid naar milieu, grondstoffen en grond: idem
In 2010 zijn de volgende expert meetings e.d. gerealiseerd:
- Themabijeenkomst over de relatie Economie, Milieu en Vrede, i.s.m. People Building Peace Nederland, 19 mei 2010
- Verkiezingsdebat ‘Crisis: Keuzes en kansen: over economische groei, geld, eerlijke prijzen en mondiale bestaanszekerheid, i.s.m. Tumult Utrecht, 25 mei 2010.
- Expert Meeting Financial Transaction Tax, i.s.m. Oxfam Novib en Both Ends, 14 september 2010
- 2 kleine bijeenkomsten over de strategie voor en communicatie over de benodigde economische transitie
Verder hebben in 2010 voorbereidingsbijeenkomsten plaatsgevonden voor expert meetings over de inzet van juridische instrumenten om de transitie te realiseren en over ‘Duurzaamheidsindicatoren en het bevolkingsvraagstuk’. Deze expert meetings hebben inmiddels in 2011 plaatsgevonden (resp. 11 maart en 15 april).
Daarmee is de doelstelling van minimaal 4 expert meetings ruimschoots gehaald.
- De bij de Alliantie Fair & Green Deal betrokken organisaties zijn viermaal in een plannings-/afstemmingsoverleg bijeengeroepen (15-4, 17-6, 23-9, 11-11). In deze overleggen zijn de taakgroepen geformeerd, is de voortgang daarvan besproken, is een brief aan de informateurs opgesteld, is de strategie voor de Alliantie besproken, is een opzet voor de publieksconferentie van 3-2-2011 vastgesteld en is van de organisaties commitment gevraagd om aan deze conferentie een inhoudelijke bijdrage te leveren in de vorm van een workshop.
- Op basis van het manifest Fair & Green Deal is een eenvoudige versie gemaakt voor een breed publiek. Deze is en wordt op dit moment met name via de achterban van de NIVON verspreid, maar is ook beschikbaar voor verspreiding elders.
- I.s.m. HOVO is een cursus voor kader van aan de Alliantie deelnemende organisaties – en andere belangstellenden – gerealiseerd. Deze heeft succesvol plaatsgevonden in een 9-tal sessies met ongeveer 25 deelnemers. Ondertussen is gewerkt aan een educatief programma voor een breed publiek i.s.m. NIVON.
- In 2010 zijn de voorbereidingen getroffen voor een volgende grote publieksconferentie waarin de resultaten van de taskforces worden gepresenteerd. Deze conferentie heeft inmiddels plaatsgevonden op 3 februari 2011 in Tilburg. In de workshops van de conferentie zijn stappenplannen opgesteld voor de realisatie van de speerpunten zoals genoemd onder 1. Ook is een stappenplan gepresenteerd voor implementatie van de Fair & Green Deal als zodanig.
- Er hebben enkele gesprekken plaatsgevonden met bedrijven die contact zochten met het Platform DSE en de Alliantie Fair & Green Deal met het oog op samenwerking.
- Met de Economy Transformers, het Springtij Festival en Our Common Future 2.0 is contact onderhouden en samengewerkt.
- Vanuit het Platform DSE en de Alliantie Fair & Green Deal is een brief aan de informateurs gestuurd met het pleidooi de economische crisis aan te grijpen voor een daadwerkelijke transitie naar een duurzame en solidaire economie.
- Rond alle activiteiten zijn persberichten verspreid. Er is een serie artikelen over aspecten van de Fair & Green Deal verschenen in Duurzaamnieuws.nl. Van het verkiezingsdebat is een videoverslag gepubliceerd op Wereldburgers.tv. Daarnaast zijn her en der artikelen verschenen.
Bereikte doelgroepen
De doelgroep van het werk van het Platform wordt gevormd door de achterbannen van de bij de Alliantie betrokken organisaties. Het gaat hier om natuur- en milieuorganisaties zoals Natuurmonumenten, Wereldnatuurfonds, Greenpeace, Natuur en Milieu, Milieudefensie, De Kleine Aarde e.d., ontwikkelingsorganisaties zoals Oxfam Novib, Cordaid, ICCO, BothENDS en vele kleinere organisaties. Al deze organisaties zijn bij de Alliantie betrokken, zijn via nieuwsbrieven over het Platform en de Alliantie geïnformeerd en hebben voor zover valt na te gaan in hun media aandacht aan de Alliantie geschonken. Verder is er via een serie artikelen in Duurzaamnieuws.nl een groot publiek bereikt (ongeveer 100.000 abonnees). Ook een videoverslag van het verkiezingsdebat heeft via Wereldburgers.tv een groot publiek bereikt. In de activiteiten (expert meetings, Alliantiebijeenkomsten, conferentie e.d.) is steeds een relevante afvaardiging van deze organisaties aanwezig geweest. Bij de expert meetings ging het steeds om enkele tientallen, bij het verkiezingsdebat om ongeveer 100 mensen, bij de conferentie om 250 mensen.
Draagvlakvergroting en fondswerving
Draagvlakvergroting is geïntegreerd in de activiteiten van het Platform, met name het verkiezingsdebat (en het videoverslag daarvan), de conferentie, de cursus en de serie artikelen in Duurzaamnieuws.nl.
Er is geen individuele fondswerving gedaan (anders dan in de vorm van betaling voor deelname aan activiteiten). Wel zijn er aanvullende institutionele fondsen geworven (Pequeno, via Oikos bij Kerk en Wereld). Een aanvraag bij SMOM is afgewezen.
Genderaspecten
Zoals in het aanvraagformulier reeds werd opgemerkt, is het werk aan een faire en groene economie in het belang van iedereen, man en vrouw. Een beoogd effect van de Fair & Green Deal is voorts dat met name de positie van publieke sectoren als de zorg en het onderwijs wordt verbeterd (o.a. door belastingverschuiving, vermindering van de nadruk op productiviteitsvergroting, evenwichtiger meting van welvaartsontwikkeling, verschuiving van investeringen e.d.). Dit is in het strategisch belang van vrouwen, die in deze sectoren oververtegenwoordigd zijn. Daarnaast worden deze werkvelden daardoor ook aantrekkelijker voor mannen. Dat komt de genderbalans in alle vormen van arbeid ten goede.
Specifiek is het genderaspect aan de orde geweest in de discussie over consequenties van onze te grote mondiale (en Nederlandse) voetafdruk voor bevolkingsbeleid. Terwijl sommigen met het oog hierop pleitten voor een gericht gezinsbeleid of zelfs abortusbeleid, werd dit door anderen met klem afgewezen omdat dit waarschijnlijk een onevenredige druk op vrouwen legt. Aan de andere kant werd opgemerkt dat er met name in ontwikkelingslanden grote aantallen ongeplande kinderen geboren worden, wat vrouwen en meisjes eveneens met een grote last confronteert. Vooralsnog wordt het standpunt ingenomen dat het aan de ene kant gaat om verkleining van de voetafdruk per persoon en aan de andere kant om verhoging van de bestaanszekerheid en welvaartsniveaus in ontwikkelingslanden. De ervaring leert dat juist door dat laatste te bevolkingsaanwas afneemt. Daarnaast is gezinsbeleid, voorlichting over voorbehoedsmogelijkheden e.d. van belang, maar moet dit niet onder de extra druk worden gezet van verkleining van de mondiale voetafdruk.
Verder is in het Platform en de Alliantie met name door vrouwenorganisaties het thema ‘economie, milieu en vrede’ ingebracht.