Monitor Brede Welvaart 2022: Problemen vooral bij ‘later’ en ‘elders’

classroom-1699745_640Woensdag 18 mei verscheen al weer de vijfde editie van de Monitor Brede Welvaart (MBW), met opnieuw ook de rapportage over de voortgang die Nederland maakt bij het behalen van de Sustainable Development Goals (SDGs). De Monitor geeft door middel van een groot aantal indicatoren weer hoe het met ‘ons’ gaat op allerlei terreinen. Zoals gebruikelijk zijn de indicatoren opgedeeld in de rubrieken ‘hier en nu’ (hoe gaat het met de Nederlanders), ‘later’ (welke gevolgen heeft wat wij doen voor komende generaties) en ‘elders’(welke gevolgen heeft wat wij doen voor mensen in andere landen, met name ‘ontwikkelingslanden’).

Hier en nu

Bij ‘hier en nu’ vallen op de afname van het aantal sociale contacten en de vermindering van vrijwilligerswerk. Dat heeft zeker te maken met de corona-crisis, maar bij de SDGs wordt gerapporteerd dat het percentage werknemers dat te maken heeft met psychische vermoeidheid door het werk is gestegen naar 17,3%. De arbeidsproductiviteit van de Nederlandse werknemer is hoog. Dit alles doet de vraag rijzen of het wel verstandig is druk uit te oefenen op mensen om, gegeven de krapte op de arbeidsmarkt, meer uren te gaan werken.
De verdeling van de brede welvaart is scheef. Vooral mensen met relatief weinig opleiding en niet-Westerse migranten trekken op veel gebieden aan het kortste eind. Ook jongeren scoren op relatief veel indicatoren beneden gemiddeld.

Later

In de categorie ‘later’ springt vooral het natuurlijk kapitaal in het oog. Van de 11 indicatoren is de trend voor 6 negatief, en voor slechts 3 positief. Het gaat slecht met natuur en biodiversiteit, en, zoals bij SDG 13 blijkt, is het Urgenda-doel van 25% minder uitstoot van broeikasgassen in 2020 vorig jaar niet gehaald. Het rapport merkt op dat de druk op de ruimte in Nederland groot is. Bij ‘hier en nu’ viel al te bespeuren dat ook de druk op mensen groot is. De Monitor herinnert aan de titel van het eindrapport van de commissie Remkes over de stikstofproblematiek ‘Niet alles kan overal’, wat alleen op ruimte betrekking heeft, maar een tussenrapport van de commissie had de misschien betere titel ‘Niet alles kan’. Het is tijd het streven naar steeds meer economische activiteiten te vervangen door een streven naar meer welzijn voor mens en planeet.

Elders

Op de indicatoren voor ‘elders’ hebben wij eigenlijk ieder jaar kritiek uitgeoefend. Ten opzichte van vorig jaar zijn er geen veranderingen, wat betekent dat de motie Van Raan, die vorig jaar bij het Verantwoordingsdebat werd aangenomen, nog niet tot resultaat heeft geleid. Die motie vroeg een indicator uit te werken voor de geldstromen die als gevolg van fiscale constructies vanuit ontwikkelingslanden via of naar Nederland gaan. Hopelijk is de reden alleen dat het tijd kost om zo’n indicator te ontwikkelen, al is al eerder aangegeven dat een rapport van ActionAid hiervoor een goede aanzet geeft.
classroom-1699745_640Intussen doet het ‘wiel’ waarin de resultaten voor ‘elders’ worden samengevat, bijna pijn aan de ogen. Hoe kunnen praktisch alle trends en resultaten ‘groen’ (positief) of ‘grijs’ (neutraal) zijn, terwijl Nederland in de Spillover Index van het Sustainable Development Report op plaats 159 (!) van de 165 staat? Die index geeft de negatieve invloed weer die landen hebben op het bereiken van de SDG doelen door andere landen. Er zijn dus maar weinig landen die het daar nog slechter doen dan Nederland.
Dat de MBW toch een positief beeld geeft, kan deels komen doordat, zoals projectleider Jan-Pieter Smits in de bijeenkomst bij SDG Nederland zei, de Monitor geen doelen stelt. Een klein plusje is positief, ook als de absolute waarde heel slecht is. Maar de hoofdoorzaak ligt toch bij de gebrekkige selectie van indicatoren voor ‘elders’. De Spillover Index bevat indicatoren voor export van pesticiden, onttrekken van water aan andere landen (via importen), voor emissies van zwavel, stikstof en CO2 daar (ook via importen), voor de rol van landen als belastingparadijs en bij het wegsluizen van winsten door multinationals en voor wapenexporten. Afgezien van de CO2-uitstoot ontbreken al die indicatoren in de MBW. Kortom, we moeten constateren dat de rubriek ‘elders’ nog steeds een onvolledig en veel te rooskleurig beeld van de stand van zaken geeft.

Beleid

De Monitor rapporteert resultaten achteraf, en de Tweede Kamer vraagt al een aantal jaren om het beleid meer te baseren op brede welvaart en op de indicatoren uit de MBW. Enkele dagen na het verschijnen van de Monitor stuurde minister Kaag een brief naar de Kamer waarin zij uiteenzet hoe het kabinet brede welvaart wil integreren in de begrotingscyclus. Vanaf dit jaar wordt in de Miljoenennota een analyse van de planbureaus opgenomen, die zij maken op basis van een ‘kernset’ uit de indicatoren in de MBW. Die kernset wordt opgenomen in de modellen van de planbureaus, zodat ze kunnen nagaan wat de gevolgen zijn van bepaalde beleidsvoornemens voor de waarden van de indicatoren in de set. Het ontwikkelen van de kernset gaat een jaar of vijf duren, en de analyse in de Miljoenennota zal voorlopig dus nog geen volledig beeld geven. In juni komen de planbureaus hopelijk met meer informatie over hun plannen.

Welke indicatoren?

De kernset van indicatoren, die de basis voor het beleid moet gaan vormen, lijkt voorlopig bepaald te worden door de planbureaus zelf. Dat roept wel de vraag op wat de criteria voor de selectie zijn: de belangrijkste indicatoren (maar voor wie belangrijk dan?), of de indicatoren die het beste in de modellen passen? Het kabinet vraagt de planbureaus te gaan onderzoeken wat de belangrijkste indicatoren voor brede welvaart zijn, en zegt in de brief dat het denken hierover een samenspel moet zijn van politiek, wetenschap en maatschappij. We zullen zien hoe dat samenspel vorm krijgt, en of de uitkomsten ervan enigszins overeenkomen met de set van indicatoren waarmee de planbureaus nu al aan de slag gaan.

Gerrit Stegehuis