workshop 2

Workshop 2: FGD en energie

Energie is de motor van de gangbare economie. De manier waarop het wordt opgewekt, gedistribueerd, de eigendomsverhoudingen, de beschikbaarheid en de verdeling daarvan over de aardbol, de techniek waarmee het wordt gewonnen en omgezet in bruikbare vorm; al deze factoren bepalen in gote mate de manier waarop we leven, poducren, consumeren, de aarde vervuilen, de vraag of er oorlog wordt gevoerd of dat we min of meer in harmonie samenleven.

Dat het anders moet is evident. Dat het anders kan is ook voldoende aangetoond, uitgerekend en bedacht. Natuurlijk, het is ingwikkeld. Als je alleen de energiedragers verandert (van kolen naar zon en van uranium naar wind) maar niet de eigendomsverhoudingen wijzigt zal er onvoldoend veranderen. Als je de bevolking in landen met de olievoorraden de zeggenschap geeft over die natural resources maar niets doet aan bewustzijn over het milieu dan zullen ook zij die olie gewoon tot de laatste druppel opstoken.

De workshop gaat niet kijken naar de vraag OF het kan, een in alle opzichten volledig duurzame energievoorziening. Daar gaan we van uit. Niet alleen is dat voldoende aangetoond in diverse (inspirerende) scenario’s,

  • Energy(R)evolution van Greenpeace

  • Nederland krijgt nieuwe energie, partij-overstijgend energiescenario

  • Green4Sure van de gezamenlijke milieubeweging

Het wordt ook dag in, dag uit, op tal van plekken aangetoond in de praktijk. Het kan dus, financieel, technisch, het kan snel genoeg.

In de workshop gaan we ook niet discussieren over de precieze cijfers, de snelheid, de parameters, de kleinere en grote omissies in al die scenario’s, de vraag of alle technieken wel voldoende aan bod zijn gekomen,. We vertrekken vanuit de gezamenlijke aanname dat het kan, dat het snel genoeg kan (binnen enkele decennia) en dat het er vooral om gaat dat we beginnen en iets gaan DOEN.

Het gangbare energiebeleid in Nederland, de EU, op wereldschaal, heeft alles te maken met belangen. De bestaande belangen zullen alles op alles blijven zetten om niet snel (genoeg) te veranderen. Eerst moet alle olie, moeten alle kolen, moet al het uranium, uit de grond gehaald zijn.

Hoewel er veel bemoedigende initiatieven zijn op het gebied van decentrale duurzame energie is het ook duidelijk dat die onvoldoende gewicht in de schaal leggen en onvoldoende macht ontwikkelen om de bestaande belangen te doorbreken. Er moet meer gebeuren.

We moeten naar een periode waarin het onmoglijk is om nieuw centraal grootschalig vermogen te bouwen. Geen nieuwe centrales meer, bijvoorbeeld voor een periode van 20 jaar. Dan hoeven we niet meer op deelterreinen het gevecht aan te gaan (kolen of kerncentrales) de duurzame energiesector krijgt een echte kans en je zult zien dat er een autonome economische beweging en kracht op gang komt die er als vanzelf voor zorgt dat we ook na die twintig jaar geen nieuwe grote en vervuilende centrales meer bouwen. Over de periode voor een moratorim kunnen we nog twisten maar de essentie is; werk een campagne en strategie uit om dat ene doel te bereiken; geen nieuw basislastvermogen meer.

Dat is een gemeenschappelijk belang van flinke delen van de bestaande energiesector (inclusief een aantal relatief grote jongens als Eneco en Greenchoice), de honderden bedrijfjes en initiatieven op het gebied van decentrale duurzame energie, de milieubeweging, vakbeweging, grote delen van het MKB (denk aan installatie, isolatie, onderhoudssectoren) en alle politieke partijen die willen dat burgers meer zeggenschap krijgen over hun eigen leven en leefomstandigheden. Het is dus ook een emancipatoire beweging en doelstelling, alleen als we nieuwe centrales tegenhouden kan een decentrale en door burgers gedragen, duurzame energievoorziening werkelijk op gang komen.

De workshop gaat werken aan een een strategie om dit te bereiken.